Maandelijks archief: december 2020

Een Facebook-pagina voor je afdeling: zo maak je ze (nog) beter!

Heel wat kwb-groepen zijn aanwezig op Facebook. Dat is immers een goede manier om je zichtbaar te maken, de verbondenheid met je leden te houden en info te delen. Een goede Facebook-pagina maakt zichzelf echter niet, en er zijn wel wat dingen waar je rekening mee moet houden. Daarom geven we je graag 7 tips om als afdeling meer uit je Facebook-pagina te halen.

1. Besteed zorg aan elk onderdeel

Zorg voor een goede en relevante profiel- en omslagfoto die je regelmatig vervangt (gebruik bijvoorbeeld een foto van een leuke en drukbezochte activiteit of gaan de slag met Canva of PicMonkey), maak je infotekstje wervend, informatie én beknopt, en zorg dat alles klopt: de url van je website, een eventueel adres of contactpersonen …

2. Maak minstens twee mensen beheerder van je pagina

Zo kan je het werk (berichten en foto’s plaatsen, evenementen aanmaken, reageren op berichten en commentaren …) verdelen. Bovendien loop je je zo niet vast als iemand tijdelijk onbeschikbaar is, of uit je afdeling stapt. Spreek wel goed af wie wat doet. Zo vermijd dat je dat dingen niet of dubbel gebeuren.
Tip: waarom spreek je geen gemotiveerde vrijwilliger aan om de pagina mee te beheren? De ideale manier om iemand meer bij de werking te betrekken.

3. Vind zoveel mogelijk andere pagina’s leuk.

Voeg de pagina’s van de andere sociale en culturele organisaties die in je gemeente of stad en regio actief zijn toe aan de vind-ik-leuks van je eigen pagina. Zo weet je wat er in je omgeving reilt en zeilt, én kan je je eigen berichten beter verspreiden.

4. Gebruik foto’s, afbeeldingen en video

Beeld doet het over het goed op Facebook, zowel apart als als aanvulling bij een tekstbericht. Posts met een foto, video of afbeeldingen worden meer gedeeld en leuk gevonden.

5. Publiceer regelmatig iets

Om genoeg op de tijdlijn van je volgers te verschijnen, is het belangrijk regelmatig te posten: minstens twee keer per week, maximaal twee keer per dag. Als je te weinig berichten plaatst, wordt de kans dat mensen ze zien kleiner.
Tip: niet elk bericht moet ‘informatief’ of ‘nieuws’ zijn. Je kan ook inhaken op de actualiteit (‘de dag van’, de seizoenen, een artikel …), , een terugblik op of verslag van je activiteit publiceren, foto’s uit de oude doos posten, handige tips geven, vragen stellen, berichten van andere pagina’s delen …

Fotograferen met je smartphone

Grote fototoestellen meeslepen op uitstap op vakantie is al lang niet meer broodnodig, want heel wat van ons hebben een behoorlijk kwalitatieve camera in onze broek- ofjaszak zitten: onze smartphone. Met wat oefening en experimenteren leer je er al snel mooie foto’s mee te maken. We zetten je graag op weg met wat tips. (9-12)

Zoek goed uit wat je allemaal kan met je camera.

Ontdek de verschillende functies en mogelijkheden. Zo kan je ook een smartphone bijvoorbeeld het diafragma en de belichting aanpassen, of instellingen als ‘nacht’ of ‘portret’ kiezen.

Zet je fotogrootte op maximaal.

Dit doe je bij de instellingen van je smartphone. Je moet je foto’s dan iets vaker overzetten van je smartphone naar je computer, maar de kwaliteit zal vele malen beter zijn. Zo kan je foto bijvoorbeeld bijsnijden (wanneer je niet gezoomd hebt) en toch een voldoende groot, scherp en goed beeld overhouden.

Zet je grid aan.

Dat bestaat uit (meestal) vier lijnen die over je beeld lopen: twee horizontaal en twee verticaal. Deze hulplijnen vormen negen gelijke blokken in je foto. Door deze lijnen te gebruiken om onderwerpen te plaatsen zorg je voor dynamiek in je foto. Daarnaast helpt een grid je ook om te zien of je je foto’s recht maakt.

Pak je tijd.

Met een smartphone ben je al snel geneigd een ‘snel’ kiekje te maken. Neem echter ook hier, net zoals je met een gewone camera zou doen, rustig de tijd om een onderwerp, hoek, kadrage … te zoeken. Zo worden je foto’s heel wat meer waard dan het gemiddelde smartphonebeeld.

Zorg voor goed licht.

De sensor van een smartphonecamera is vele malen kleiner dan die van een gewone. Daardoor heeft weinig licht meteen meer invloed. Met je smartphone maak je dan ook bij voorkeur foto’s in het daglicht. Ben je binnen, doe dan alle lichten aan. Vermijd echter het gebruik van de flits! Op je smartphone is dat in feite een soort felle lamp, die niets positiefs bijdraagt aan je foto.

Probeer niet te veel in te zoomen.

“Zoomen is eigenlijk fake”, aldus Vicky. “Er wordt gewoon technisch een stukje uit de foto uitgeknipt en opgeblazen. De kwaliteit en scherpte van je beeld dalen daarmee enorm. Je kan dus beter niet inzoomen en nadien bijsnijden, of dichterbij gaan staan.”

Stel zelf scherp

Camera’s van smartphones kiezen automatisch zelf een punt waar ze de scherpte van je foto leggen. Je hoeft het hier echter niet mee eens te zijn! Door op je scherm te tikken kan je bij bijna alle smartphones zelf kiezen waar je de scherpte wilt leggen. De camera zal hier dan ook rekening mee houden voor de belichting.

Overweeg de aankoop van een statief(je).

Ideaal voor foto’s met een langere sluitertijd (denk aan vuurwerk of watervallen), voor wie een minder stabiele hand heeft en voor mooie(re) selfie(groeps)foto’s. Voor dat laatste kan je ook je toevlucht nemen tot een muurtje, tafel … of je ellebogen tegen je lichaam te drukken en je adem in te houden.

Durf je foto bewerken …

De camera van je smartphone neemt kleuren en contrast minder goed op dan een professionele camera. Met wat beeldbewerking kan je hier een mouw aan passen. Ontdek enkele gratis apps.

… en filters gebruiken.

“Ik ben helemaal pro filter en heb een absolute favoriete filter app”, vertelt experte in smartphonefotografie Vicky. “Dat is  VSCO. Het zijn vrij subtiele filters, maar wel bij de mooiste die op de markt zijn. Met de gratis versie kan je een tiental filters gebruiken.”

Strek voor een selfie je arm zo ver mogelijk uit, en zoek het licht op.

En gebruik bij de voorkeur de niét-selfielens, die aan de achterkant van je telefoon dus.